Een rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) van Waterschap Rijn & IJssel kan twee windturbines inzetten zonder dat er een extra netaansluiting nodig is. Dat blijkt uit recent onderzoek van infraspecialist Firan. Het waterschap en Firan vertellen over de lessons learned van de vernieuwende aanpak.
“Als waterschap maken we de effecten van klimaatverandering van dichtbij mee: meer regen, langere periodes van droogte en grotere risico’s van overstromingen. Daarom werken we hard aan maatregelen om de gevolgen van klimaatverandering op te vangen. Maar er is meer nodig. We nemen verantwoordelijkheid voor ons energieverbruik en gaan als waterschap ons effect op de klimaatverandering minimaliseren. Waterschap Rijn & IJssel wil in 2025 energieneutraal zijn, en zoekt daarom steeds naar manieren om energie te besparen Ă©n om zelf duurzame energie op te wekken”, vertelt Dennis van der Plaats, adviseur energie bij het waterschap. “Op de gronden van het waterschap kunnen we op verschillende manieren energie opwekken die lokaal inzetbaar is. Daarmee dragen we bij aan de verdere verduurzaming van het waterschap en onze omgeving.”
Waterschap Rijn & IJssel heeft plannen om op het terrein van de rioolwaterzuiveringsinstallatie (RWZI) in Duiven twee windmolens te plaatsen. Dat roept de vraag op: op welke wijze kunnen windmolens het beste worden aangesloten op het elektriciteitsnet? Van der Plaats: “We zijn er zelf in gedoken, maar de vraag is nog relatief nieuw en energieproductie door middel van windmolens is natuurlijk niet onze core business. Daarom hadden we behoefte aan een specialist in duurzame energie.”
De optimale optie
In een schetsontwerp voor de RWZI in Duiven heeft Firan drie opties uitgewerkt, en op technische, juridische, organisatorische en financiĂ«le aspecten getoetst. AndrĂ© Simonse, senior business developer bij Firan: “De puzzel was: hoe zorgen we voor de maximale productie van groene stroom met een optimaal gebruik van de bestaande aansluiting op het elektriciteitsnet?”
Van der Plaats: “In eerste instantie dachten we eraan om de windmolens aan te sluiten op een nieuw te realiseren netaansluiting en de zuivering op de eigen aansluiting te handhaven. Maar uit het onderzoek van Firan en het waterschap is de aansluiting van twee windmolens en de RWZI achter Ă©Ă©n netaansluiting als beter alternatief naar voren gekomen. Deze aanpak is minder ingewikkeld, financieel aantrekkelijk, en biedt ruimte voor mogelijke toekomstige uitbreidingen op de zuivering.”
Simonse licht toe: “Cable pooling, dat het mogelijk maakt om de elektriciteitskabels te gebruiken voor de installatie Ă©n windturbines, zorgt voor een maximale uitnutting van een netaansluiting. Dat betekent dat er geen extra netaansluiting vereist is. Dat scheelt de startkosten voor een extra aansluiting en vergroot het rendement van de exploitatie.”
Futureproof concept
Het waterschap en Firan hebben gezamenlijk het proces doorlopen om de verschillende oplossingen voor de aansluiting van de windmolens te verkennen en om tot een praktisch toepasbaar schetsontwerp te komen. Simonse: “Met een gedeelde drive om de meest maatschappelijk voordelige keuze te maken voor de specifieke situatie, zijn alle relevante parameters bekeken. Daarbij hebben we ook gekeken naar mogelijke toekomstige ontwikkelingen, zodat een futureproof ontwerp ontstaat.”
Waterschap Rijn & IJssel zet nu alles in werking om de gewenste manier van aansluiting te realiseren en de windmolen te laten ontwikkelen. Van der Plaats: “De energievoorziening voor de RWZI is straks efficiĂ«nter, er is ruimte op de aansluiting om uit te breiden en het rendement uit de turbines is maximaal. We verwachten niet te hoeven aftoppen en veel opgewekte energie direct te kunnen inzetten. Het is natuurlijk mooi te laten zien dat we lokaal opgewekte energie direct gebruiken.”
Maatschappelijke meerwaarde
Waterschappen in heel Nederland zijn bezig met de doorontwikkeling van RWZI-terreinen, en krijgen mogelijk te maken met transportschaarste en andere complexe vraagstukken rond de energievoorziening. De ervaringen van Waterschap Rijn & IJssel zijn dan ook relevant voor andere waterschappen, benadrukt Simonse. “Zelfs als er – nog – geen netcongestie is, staan waterschappen voor de uitdaging om steeds de oplossing te vinden die de meeste maatschappelijke waarde oplevert. Hoe wegen we de verschillende parameters, van de vereiste investeringen tot de maatschappelijke kosten, dan mee?”
“Waterschappen hebben doorgaans locaties met een hoog energieverbruik, bijvoorbeeld vanwege waterzuiveringsinstallaties. Dan is het heel interessant om te kijken naar de ruimte die de bestaande netaansluiting heeft om duurzame energie lokaal te gaan opwekken,” zegt Van der Plaats over de learnings uit het project in Duiven voor andere waterschappen. “We zijn al snel geneigd om te denken dat er voor een windturbine een nieuwe netaansluiting nodig is. Maar in veel gevallen is de capaciteit van een aansluiting slimmer te benutten. Dat scheelt kosten en tijd voor het netbeheer, en vergroot de potentie van lokale duurzame energie-opwek.”
Meer weten over vernieuwende energie-oplossingen?
Neem gerust contact met ons op.
Sr. Business Developer – Meer over André
Inschrijven nieuwsbrief
Schrijf u in op onze maandelijkse updates en blijf op de hoogte van onze projecten.