
In verschillende regio’s werken gemeenten samen met Firan aan een publiek warmtenet. De werkwijze in onder meer Amsterdam, Nijmegen en de regio Leiden laat zien hoe publieke warmtenetten de overgang naar aardgasvrije wijken versnellen.
In veel stedelijke omgevingen zijn warmtenetten de maatschappelijke voorkeursoptie. De collectieve aanpak legt een minder grote druk op het elektriciteitsnet dan alternatieven zoals warmtepompen. Daarnaast maken warmtenetten een efficiënte inzet van duurzame bronnen mogelijk. Warmtenetten die gebruik maken van lokale bronnen, zoals aardwarmte en aquathermie, vergroten bovendien de energie-onafhankelijkheid van Nederland.
“Warmtenetten zijn een belangrijke pijler van het energiesysteem van de toekomst”, zegt Guido Frenken, directeur Warmte & Waterstof bij Firan. “Vanwege het overvolle elektriciteitsnet is het simpelweg niet haalbaar om elk huis elektrisch te verwarmen. Met warmtenetten benutten we het potentieel van bronnen zoals geothermie, restwarmte van datacenters en thermische energie uit afval-, drink- en oppervlaktewater. Daarmee ontstaat een betrouwbare, betaalbare en duurzame warmte-oplossing. Zonder dat het elektriciteitsnet onnodig wordt belast.”
Warme belangstelling voor publieke warmtenetten
Er is veel belangstelling voor publieke warmtenetten, zo signaleerde Netbeheer Nederland onlangs. In onder meer Amsterdam, Apeldoorn, Nijmegen en de regio Leiden zetten gemeenten samen met Firan al de eerste stappen naar een warmtenet dat in publieke handen is. De initiatieven zijn in lijn met de Wet collectieve warmte (Wcw), die naar verwachting op 1 januari 2026 in werking treedt. Gemeenten kunnen dan – samen met partijen zoals netwerkbedrijven en maatschappelijke investeringsfondsen – een publiek integraal warmtebedrijf oprichten. Het publieke warmtebedrijf zorgt voor het ontwerp, de aanleg, het beheer en het onderhoud van een warmtenet, inclusief de warmtelevering en klantenservice.
“Een publiek warmtebedrijf geeft de gemeente meer grip en regie over de uitrol van een warmtenet. Dat maakt de keuze voor een warmtenetwerk als oplossing voor een aardgasvrije gebouwde omgeving extra aansprekend,” aldus Frenken. “Ook voor warmtenetten die al operationeel zijn, zoals in Harderwijk, is de Wcw actueel. De publieke samenwerking die daar al is, is voorbereid op de nieuwe wet- en regelgeving.”
Van lokaal naar regionaal warmtenet
Recente mijlpalen in diverse lokale warmteprojecten maken duidelijk dat gemeenten in de startblokken staan om vanuit een publiek warmtebedrijf de warmtetransitie verder te brengen. Daarbij is er belangstelling voor lokale warmteprojecten, maar ook voor een regionale aanpak.
De gemeente Nijmegen voorziet de oprichting van een warmtebedrijf in samenwerking met Firan en Innovatie- en Energiefonds Gelderland (IEG), een fonds van de overheid dat duurzame projecten stimuleert. Het warmtebedrijf gaat in eerste instantie een warmtenet aanleggen in stadsdeel Dukenburg. In de wijken Lankforst-Noord en Zwanenveld worden eerst 642 huurwoningen aangesloten op het warmtenet. De warmte-infrastructuur is geschikt voor duizenden woningen in het stadsdeel. Het warmtebedrijf onderzoekt daarnaast of het warmtenet wordt uitgebreid naar woningen en gebouwen in andere wijken.
In Amsterdam en de regio Leiden wordt ook expliciet vooruitgekeken naar een regionaal warmtebedrijf. De gemeente Amsterdam, Alliander (waarvan Firan een onderdeel is) en Energie Beheer Nederland onderzoeken de oprichting van een volledig publiek Amsterdams warmtebedrijf. Het doel is om daarmee warmtenetten te realiseren voor grote delen van de hoofdstad. Daarnaast voorzien de samenwerkende partijen dat op termijn omliggende gemeenten zich aansluiten. Daarmee ontstaat een regionaal publiek warmtebedrijf.
In de omgeving van Leiden onderzoeken zes gemeenten inmiddels de oprichting van een regionaal warmtebedrijf. De gemeenten Katwijk, Leiden, Leiderdorp, Oegstgeest, Voorschoten en Zoeterwoude, ondertekenden daarvoor in mei 2025 een intentieovereenkomst met Alliander en EBN.
Voorbereid op de toekomst
Al sinds 2013 is Firan (eerst nog onder de naam Alliander DGO) in verschillende regio’s aan de slag met de aanleg en uitbreiding van warmtenetten voor woningen en andere gebouwen. Firan werkt daarvoor samen met gemeenten én partners zoals woningcorporaties, waterbedrijven en energiecoöperaties. Frenken: “We zijn dan ook klaar voor de komst van de Wcw. In al onze samenwerkingen aan warmteprojecten hebben we voorgesorteerd op de werkwijze van de nieuwe wet- en regelgeving. Zo zorgen we samen dat alles voor bewoners goed geregeld is: van het eerste plan voor een warmtenet tot een concrete oplossing die precies past bij de specifieke situatie.”
Inschrijven nieuwsbrief
Schrijf u in op onze maandelijkse updates en blijf op de hoogte van onze projecten.